Scope waterstof en CO2 voor Delta Rhine Corridor onderstreept urgentie verduurzaming industrie
Leestijd: 2 minuten
Vandaag heeft de minister de Kamer geïnformeerd dat besloten is om voor de scope van de Delta Rhine Corridor (DRC) de prioriteit te geven aan de modaliteiten waterstof en CO2. Havenbedrijf Rotterdam is positief over dit besluit van de minister, omdat het belangrijk is dat de leidingen voor waterstof en CO2 zo spoedig mogelijk worden aangelegd. Het besluit is van groot belang om de doelen voor het verduurzamen van de industrie te kunnen halen.
Boudewijn Siemons, CEO Havenbedrijf Rotterdam: “Voor industriële clusters in Rotterdam, Nederland, Duitsland en Noord-West Europa is dit een heel belangrijk besluit. Het onderstreept de urgentie om de industrie een toekomst te bieden. Infrastructuur gaat vóór de investeringen in verduurzaming uit. Het is heel goed dat deze duidelijkheid wordt gegeven.”
Met de huidige scope voor waterstof en CO2 wordt zekerheid gecreëerd voor de modaliteiten die het snelst gerealiseerd moeten worden. Hierdoor kunnen de waterstof- en CO2-leidingen volgens een heldere tijdlijn worden gerealiseerd, met een geplande afronding voor 2031-2032 voor waterstof en 2032-2033 voor CO2. We zullen met betrokken partijen blijven inzetten op versnelling waar dit mogelijk is. De snelle aanleg van de waterstofleiding is noodzakelijk om de waterstofmarkt op gang te krijgen. Het is belangrijk nieuws voor de bedrijven die nu overwegen om te investeren in productie, opslag en/of afname van waterstof. De aanleg van de CO2-leiding is niet alleen voor Rotterdam van belang maar ook voor andere industriële clusters in Nederland, Duitsland en Noord-West Europa. De leiding kan bijdragen aan de ontwikkeling van CO2-opslag in lege gasvelden onder de Noordzee.
Alle infrastructuur voor energiestromen is hard nodig. Havenbedrijf Rotterdam ziet ook het belang van de aanleg van de gelijkstroomkabels die nu buiten dit project vallen en zal graag meedenken met het bepalen van alternatieve routes.
De plannen voor de aanleg van deze buisleidingenbundel startte in 2021 met een haalbaarheidsstudie voor de aanleg van vier nieuwe pijpleidingen tussen Rotterdam, Chemelot en Noordrijn-Westfalen voor het transport van C4-LPG, propyleen, waterstof en CO2. Later werden ook andere modaliteiten onderzocht voor aanleg in de leidingenstrook die loopt tussen het westen en oosten van Nederland, waaronder de waterstofdrager ammoniak. Deze buisleiding valt nu buiten de huidige scope. Planvorming voor eventuele latere aanleg ervan blijft doorgaan en is afhankelijk van nader onderzoek. Bij beheer en optimaal gebruik van de buisleidingenstrook blijft het Rijk betrokken.