Kolen
Om klimaatverandering tegen te gaan moet de CO2-uitstoot verminderen. Het gebruik van steenkool voor elektriciteitsopwekking en staalproductie levert op dit moment een flinke bijdrage aan de CO2-uitstoot. Veel van die kolen worden via Rotterdam geïmporteerd. Er is een roep om te stoppen met het gebruik van kolen, maar dat gaat niet van de ene op de andere dag.
“De overslag van kolen nam in de periode 2015 – 2020 met 44% af. In 2021 liepen de gasprijzen op en werden er meer kolen gebruikt om elektriciteit te produceren. In 2022 gingen door de oorlog in Oekraïne de gasprijzen nog veel sterker omhoog. Om de CO2-uitstoot van de Nederlandse kolencentrales te beperken, was deze door overheid een productielimiet van 35% opgelegd. Die limiet is in de loop van 2022 tijdelijk opgeheven, zodat de Nederlandse centrales weer voluit kunnen draaien. Ook in Duitsland is door het wegvallen van het Russisch gas een grote vraag naar kolen voor de productie van stroom.
Gevolg van dit alles is dat de ingezette daling van de overslag van kolen (2015: 30,7 miljoen ton; 2020: 17,3 miljoen ton) is stilgevallen en er juist weer een flinke toename is van kolen. In 2021 werd 24,6 miljoen overgeslagen in 2022 laat ook een stijging zien. Van alle kolen die Rotterdam binnenkomen, blijft slechts ongeveer 10% in Nederland. De overige 90% gaat naar Duitsland. Ongeveer de helft van die 90% wordt verbruikt door de Duitse staalindustrie, de andere helft door de Duitse elektriciteitscentrales.”
Klimaatakkoord
Duitsland en Nederland hebben beide het Klimaatakkoord van Parijs ondertekend. Beide landen hebben concrete plannen of zelfs wetten om het gebruik van kolen voor elektriciteitsproductie af te bouwen. In Nederland mogen kolen vanaf 2030 niet meer gebruikt worden in elektriciteitscentrales. In Duitsland is het plaatje wat complexer. Daar is besloten ook te stoppen met kernenergie en de zeer milieubelastende bruinkool via een vast schema uit te faseren. Deels parallel daaraan worden kolencentrales uit productie genomen. Uiterlijk 2038 moet deze ‘Kohleausstieg’ afgerond zijn.
Staalindustrie
Over het stopzetten van het gebruik van kolen voor staalproductie is zowel in Duitsland als in Nederland niets besloten. Kolen worden in hoogovens gebruikt om temperaturen boven de 1.500 graden te bereiken die nodig zijn voor het productieproces. Er zijn inmiddels wereldwijd enkele hoogovens waarin waterstof wordt gebruikt in plaats van kolen, maar CO2-vrije waterstof is nog nauwelijks beschikbaar en het ombouwen van de staalindustrie vergt tijd en grote investeringen. Staal wordt op tal van manieren gebruikt, van spoorrails tot windturbines, en is daarmee tamelijk onmisbaar voor de samenleving.
Veilig en efficient
Zolang het gebruik van kolen in het beleid van de nationale overheden past, wil Rotterdam de meest efficiënte, veilige en betrouwbare haven zijn om die aan te voeren. Kolen via een andere haven dan Rotterdam importeren, levert geen winst voor het klimaat op, maar wel verlies van werkgelegenheid in Rotterdam. Sterker nog: verschuiving leidt tot een hogere milieubelasting omdat aanvoerlijnen minder efficiënt worden.
In het toekomstbeeld van het Havenbedrijf Rotterdam maken fossiele ladingsoorten zoals kolen steeds meer plaats voor duurzame energiedragers en grondstoffen. Het Havenbedrijf gaat in zijn prognoses uit van een vermindering van de vraag naar kolen. Het tempo waarin dat gebeurt, wordt in hoge mate bepaald door de ontwikkelingen in Duitsland. Denk aan de toename van de opwekking en import van hernieuwbare energie, de mogelijkheden om deze op te slaan en het tempo waarmee innovaties in de productie van staal met waterstof kunnen worden toegepast.
Juridisch lastig
Overigens is het juridisch lastig, zo niet onmogelijk, om kolen uit de haven uit te bannen. Een van de fundamenten van de Europese Unie is vrij verkeer van goederen. Internationale handelsverdragen (WTO) maken dat je een bepaalde goederensoort niet zomaar kunt weren. Dat kan alleen met hele specifieke goederen waarover internationaal afspraken zijn gemaakt, zoals ivoor of verrijkt uranium. In het klimaatakkoord van Parijs zijn wel afspraken gemaakt over het tegengaan van temperatuurstijging, niet over hoe dat precies moet gebeuren.
Kolenterminals voor overslag en opslag
Meerdere terminals in Rotterdam richten zich op de op- en overslag van kolen en aanverwante services.
EMO
EMO op de Maasvlakte is één van de grootste drogebulkterminals in Europa met een overslagcapaciteit van circa 200.000 ton kolen per dag. EMO heeft ook faciliteiten voor opslag, screenen, wassen, crushen en mengen van kolen.
European Bulk Services (EBS)
EBS is een multipurpose drogebulkterminaloperator met twee terminals en drijvende kranen voor boord-boordoverslag in Rotterdam. EBS beschikt bovendien over opslagfaciliteiten en een magnetische decontaminatie-unit voor kolen.
Marcor Stevedoring
Marcor maakt gebruik van drijvende kranen voor de overslag van diverse droge bulkgoederen, waaronder kolen. Marcor biedt daarnaast de mogelijkheid voor drijvende opslag.
ZHD (Zeehavenbedrijf Dordrecht)
In Zeehaven Dordrecht, zo’n 70 kilometer landinwaarts richt ZHD zich op de opslag en overslag van drogebulkgoederen, containers en stukgoed.
EECV
EECV is eigendom van de Duitse staalconcerns ThyssenKrupp Stahl en Hüttenwerke Kruppe Mannesmann en verzorgt de op- en overslag van het ijzererts en kolen voor de hoogovens van deze twee staalproducenten.