Totale overslag iets hoger ondanks teruglopende handel met Rusland
De omvang van de totale goederenoverslag in de Rotterdamse haven lag het eerste halfjaar 0,8% hoger (233,5 miljoen ton) dan in dezelfde periode in 2021 (231,6 miljoen ton). Bij veel goederensegmenten zorgde de oorlog in Oekraïne voor forse veranderingen. Zo steeg de aanvoer van zowel LNG als kolen zeer sterk, als alternatief voor de verminderde Europese import van Russisch gas per pijpleiding. De overslag van ruwe olie nam toe, terwijl die van olieproducten daalde. IJzererts, agribulk en containers zijn minder overgeslagen dan in dezelfde periode vorig jaar.
Het containertransport van en naar Rusland is stilgevallen, en aanhoudende knelpunten in de mondiale containerlogistiek zorgden voor een verschuiving van lading van de grote naar de minder grote containerhavens. Vooruitlopend op de sancties op kolen en olie, zijn de afgelopen maanden minder Russische kolen, ruwe olie, olieproducten en LNG aangevoerd. Bedrijven importeren deze steeds meer uit andere landen.
Kernpunten eerste halfjaar
- 0,8% meer goederen dan eerste halfjaar 2021
- Rusland: containervolume weggevallen, afnemende hoeveelheid kolen, LNG en olie
- Toename omzet en bedrijfsresultaat Havenbedrijf
- Energietransitie: investeringsbeslissingen bedrijfsleven ca. € 3 miljard
- Oplossing stikstofdossier onverminderd urgent
Allard Castelein, CEO Havenbedrijf Rotterdam: “Europa leunt zwaar op Russische energie. De huidige geopolitieke situatie maakt Europa erg kwetsbaar. Beschikbaarheid van energie en grondstoffen tegen redelijke prijzen is geen gegeven. Een positieve ontwikkeling is dat de afgelopen maanden concrete stappen zijn gezet op het gebied van het verduurzamen van onze energievoorziening én het vergroten van de energie-onafhankelijkheid, met name door investeringsbeslissingen voor de bouw van een grote bioraffinaderij en Europa’s grootste groene-waterstoffabriek. Het bedrijfsleven heeft zich het afgelopen halfjaar gecommitteerd aan € 3 miljard aan investeringen in de energietransitie. Naast de kwetsbaarheid van het Europese energiesysteem blijft stikstof een groot knelpunt. Verschillende grote projecten, waaronder CO2-opvang en -opslagproject Porthos, vertragen of lopen het risico daarop door onzekerheid en gebrek aan stikstofruimte.”
Financieel kende het Havenbedrijf een goed eerste halfjaar. De omzet steeg met 6,3% (€ 24,6 miljoen) tot € 412,2 miljoen en de operationele lasten daalden met 2,4% (€ 3,1 miljoen), voornamelijk door lagere uitgaven voor zandwinning. De bruto-investeringen in het eerste halfjaar van 2022 bedroegen € 117,1 miljoen inclusief kapitaalstortingen in deelnemingen (eerste halfjaar 2021: € 100,5 miljoen). De belangrijkste investeringen in het eerste halfjaar 2022 zijn de aanleg van kademuren in de Amaliahaven en de landaanwinning in de Alexiahaven op Maasvlakte 2.
Vivienne de Leeuw, CFO Havenbedrijf Rotterdam: “Onze solide financiële positie is essentieel om de komende jaren te kunnen blijven investeren in de traditionele hardware zoals kademuren en steigers, maar met name ook in infrastructuur voor de energietransitie. Daarnaast gaan we door met investeren in digitalisering. Door een haven met infrastructuur van wereldklasse te blijven, zorgen we dat dit een aantrekkelijke locatie blijft voor bedrijven om te investeren in de transitie.”
Veiligheid
Veiligheid is topprioriteit in de haven van Rotterdam. Het Havenbedrijf Rotterdam werkt samen met publieke partners hard aan het waarborgen van de veiligheid, zowel op het water als op het land. In het eerste halfjaar heeft er helaas een zeer ernstig scheepsongeval plaatsgevonden met een binnenvaartschip. Op milieugebied deden zich geen grote incidenten voor. Het Havenbedrijf zet zich met verschillende diensten en projecten in om de digitale beveiliging van systemen en de cyberweerbaarheid van bedrijven en medewerkers te verbeteren. Ondermijning en drugcriminaliteit is een toenemend probleem in de haven van Rotterdam. Ook hier neemt het Havenbedrijf een rol op zich, onder andere door het bewustmaken van integer gedrag van haar eigen medewerkers en bij bedrijven in de haven door het programma ‘Integere Haven’. Daarnaast zijn er met de partners en het ministerie van Justitie en Veiligheid afspraken gemaakt om het bestaande netwerk van 225 camera’s in de haven uit te breiden en verder te ontwikkelen. De beelden van dit netwerk worden door verschillende publieke partners (Divisie Havenmeester, politie en douane) bekeken.
Droog massagoed
Het goederensegment droog massagoed zag een toename van 4,4% in het eerste halfjaar. De overslag van agribulk daalde met 15,1%. Dit segment wordt altijd sterk beïnvloed door de omvang van de oogsten in verschillende delen van de wereld. Daarnaast was er sprake van stakingen bij een van de verwerkende bedrijven. Ook speelde mee dat er door hoge energiekosten minder agribulk is verwerkt. Hoge energiekosten leidden ook tot een lagere productie van de Duitse staalindustrie en als gevolg daarvan tot 20,6% minder aanvoer van ijzererts. De aanvoer van cokeskolen voor de staalindustrie bleef op niveau. De overslag van kolen voor elektriciteitscentrales nam fors toe. Dit zorgde per saldo voor een toename van 29,7% van de kolenoverslag. Kolen zijn momenteel goedkoper dan aardgas en verminderen bovendien de afhankelijkheid van Russisch aardgas. Opvallend is de toename van 30,1% van het overig droog massagoed. Dat is vooral het gevolg van de hoge prijzen voor het verschepen van containers: lading die ook los vervoerd kan worden, zoals industriële mineralen en meststoffen, is daarom vaker op die manier getransporteerd.
Nat massagoed
In het eerste halfjaar is 4,6% meer nat massagoed overgeslagen. De toename van ruwe olie van 4,3% is vooral veroorzaakt door de doorvoer van Russische olie via Rotterdam naar met name India. Noordwest-Europese raffinaderijen schakelen over op niet-Russische olie, met als gevolg dat Russische olie zijn weg vindt naar andere markten. De daling van de overslag van olieproducten van 9,4% is vooral het gevolg van de structurele afname van de aanvoer en wederuitvoer van stookolie. LNG kende een toename van 45,8%. Er is een zeer grote vraag naar LNG als alternatief voor aardgas dat vanuit Rusland per pijpleiding naar Europa komt. De toename van het overig nat massagoed van 22,5% laat zich enerzijds verklaren door een verschuiving van transport per tankcontainer naar chemicaliëntanker en door voorraadvorming bij afnemers van chemische stoffen. Vanwege haperende transportketens verzekeren zij zich zo van voldoende grondstoffen.
Bij de aanvoer van kolen, ruwe olie, olieproducten en LNG is in het tweede kwartaal een verschuiving van de herkomst waarneembaar. Bedrijven halen deze energiedragers en grondstoffen steeds minder uit Rusland en kopen ze elders in de wereld.
Containers en breakbulk
Er zijn 4,4% minder containers overgeslagen (TEU, standaardmaat voor containers). In gewicht was de afname 8,9%. Het verschil tussen die twee wordt veroorzaakt door een toename van het aantal lege containers. De afname van de containeroverslag kent twee hoofdoorzaken. De eerste is het wegvallen van het containervervoer van en naar Rusland als gevolg van de sancties, de onzekerheid die het nog handelen met Russische partijen met zich meebrengt en het stopzetten van lijndiensten naar Rusland. De tweede is de aanhoudende ontregeling van de containerlogistiek. Twee jaar geleden leidde de COVID-19 pandemie tot lockdowns en andere consumptiepatronen. Containerschepen slaagden er niet meer in hun vaarschema’s te halen, wat het voor- en natransport verstoorde. Om tijd in te halen schrappen grote schepen nu vaak havens uit hun vaarschema (-5,5% aanlopen in Rotterdam vergeleken met vorig jaar) en laden en lossen meer containers per aanloop (+6,1%). Dat leidt tot een piekbelasting op de terminals, waar het al erg druk was omdat containers er door de toegenomen onbetrouwbaarheid van aankomsttijden van schepen gemiddeld langer staan. Rederijen maken door deze ontwikkelingen op dit moment relatief iets meer gebruik van kleinere aanloophavens voor transhipment dan van grote zoals Rotterdam. Er is een ketenoverleg opgezet om de ontwikkelingen met alle spelers in de Rotterdamse containersector te monitoren en daar zo goed mogelijk op in te spelen.
Het roll-on roll-off verkeer (roro) is met 16,8% toegenomen. Dit cijfer is geflatteerd door het einde van de overgangsperiode van de Brexit per 1 januari 2021. Dat leidde destijds tot extra vervoer eind 2020 en een dip in het roro-transport begin 2021.
Het segment overig stukgoed groeide fors met 17,7%. Een belangrijke oorzaak hier is de import van staal en non-ferro metalen. In reactie op de Russische inval in Oekraïne schoten de staal en non-ferroprijzen omhoog. Al snel werden alternatieve aanbieders gevonden, vooral uit Azië waar door COVID-19 de vraag naar staal juist inzakte. De import van staal en non-ferrometaal nam daarom toe. Daarnaast zorgen de hoge containertarieven ervoor dat meer lading als stukgoed wordt verscheept.
Financiën Havenbedrijf Rotterdam
De omzet van het Havenbedrijf steeg vergeleken met de eerste helft van 2021 met € 24,6 miljoen tot € 412,2 miljoen. Daarvan bedroeg de stijging van havengelden € 16,1 miljoen. Deze stijging is voornamelijk het gevolg van indexatie van de tarieven voor havengelden en doordat er minder kortingen verstrekt zijn. De stijging van de inkomsten uit huurcontracten van € 6,2 miljoen is voornamelijk het gevolg van contractuele indexatie van tarieven.
De operationele lasten daalden in de eerste helft van 2022 met 2,4% (€ 3,1 miljoen) tot € 124,4 miljoen. Met name de kosten voor zandwinning gingen omlaag, omdat in 2022 is overgegaan op een nieuwe concessiepartij.
De investeringen, inclusief kapitaalstortingen in deelnemingen, bedroegen € 117,1 miljoen. De belangrijkste investeringen voor het eerste halfjaar van 2022 zijn de aanleg van kademuren in de Amaliahaven (€ 32,7 miljoen) en de landaanwinning op Maasvlakte 2 (€ 19,8 miljoen). In juni 2022 is het dividend inclusief dividendbelasting over boekjaar 2021 betaald van € 122,7 miljoen aan de gemeente Rotterdam en de Rijksoverheid.
Digitalisering
Data delen en het digitaliseren van processen bieden de sleutel tot de oplossing voor de meest voorkomende uitdagingen in de logistiek. Het Havenbedrijf investeert daarom in de ontwikkeling van digitale tools en programma’s. Op planningstool Routescanner zijn inmiddels alle binnenvaart-, spoor- en shortsea-operators in Noordwest-Europa aangesloten, evenals enkele deepsea-rederijen. Zij delen direct hun vaar- en rijschema’s op het Routescanner platform en daarmee is dit platform hard op weg om uit te groeien tot de wereldwijde, neutrale plek waarop containerroutes worden getoond. Sinds de livegang in oktober zijn via de planningstool Nextlogic 15.000 binnenvaart-calls gepland. Samen met spelers in de logistieke keten wordt gewerkt aan de implementatie van de integrale planning binnen de haven van Rotterdam en het aansluiten van nieuwe partijen. Naast het investeren in digitale platformen om de logistieke ketens via Rotterdam te verbeteren, vinden ook investeringen plaats in data-oplossingen voor het optimaliseren van de infrastructuur in de haven.
Voortgang energietransitie
Grote projecten kennen een lange voorbereidingstijd. De afgelopen jaren is een groot portfolio aan projecten voor de energietransitie opgebouwd. Nu er langzamerhand ook steeds meer duidelijkheid ontstaat hoe de abstracte klimaatdoelen worden vertaald in concreet Europees en nationaal beleid en regelgeving, wordt steeds duidelijker hoe dit uitpakt voor de verschillende projecten. Het afgelopen halfjaar is een aantal belangrijke investeringsbeslissingen genomen, waarvan die voor een grote bioraffinaderij en Europa’s grootste groene-waterstoffabriek de meest omvangrijke zijn. Daarnaast is door bedrijven definitief besloten tot de uitbreiding van een importterminal voor ammoniak, de uitbreiding van de capaciteit om batterijen te recyclen, de aanleg van een waterstoftankstation voor vrachtwagens en een walstroomproject. Deze investeringsbeslissingen van het bedrijfsleven tellen op tot een totaalbedrag van ca. € 3 miljard. Met dit soort investeringen komt de energietransitie in de volle breedte op gang. In aanvulling daarop heeft het Havenbedrijf het afgelopen halfjaar besloten de CO2-emissies van de eigen organisatie versneld terug te dringen. Doel is de eigen CO2-uitstoot in 2025 al met 75% en in 2030 met 90% te reduceren ten opzichte van 2019.
Stikstofvraagstuk remt de transitie
Belangrijk punt van zorg is dat drie jaar na de uitspraak van de Raad van State inzake stikstofdeposities, er nog steeds onzekerheid bestaat rondom regels zoals de ‘bouwvrijstelling’ en er een gebrek aan stikstofruimte is. Dat kan de energietransitie belemmeren, terwijl dit soort projecten vaak niet alleen tot minder CO2-uitstoot maar ook tot minder stikstof en andere emissies leidt, in Rotterdam of elders in de keten. Overigens is de Rotterdamse industrie verantwoordelijk voor slechts 1% van de stikstofdepositie in de kwetsbare Nederlandse natuur.
Vooruitblik
De huidige geopolitieke situatie zorgt voor veel onzekerheden. Een betrouwbare energievoorziening van Noordwest-Europa is geenszins vanzelfsprekend. Energieprijzen zijn hoog, wat een belangrijke oorzaak is van de sterk gestegen inflatie. Er volgt mogelijk een recessie. Dit maakt het voorspellen van de overslagvolumes voor de tweede helft van het jaar zeer lastig. In de, voor de toekomst van de haven en het behalen van de nationale klimaatdoelstellingen, zo belangrijke energietransitie worden in het tweede halfjaar weer de nodige stappen verwacht. Om daarin progressie te kunnen blijven boeken is het oplossen van de stikstofproblematiek van groot belang.