WPCAP: momentum voor wereldwijde verduurzaming van de scheepvaart
Het World Ports Climate Action Program (WPCAP) heeft niet alleen geholpen om de 12 aangesloten havens koolstofvrij te maken, maar heeft ook bijgedragen aan de snellere invoer van normen en -maatregelen voor de verduurzaming van bredere scheepvaartindustrie. Dat was de belangrijkste conclusie van de 4e bijeenkomst van CEO's en werkgroepleden van WPCAP, dat bijna 5 jaar geleden werd opgericht om acties ter bestrijding van klimaatverandering in de maritieme sector te versnellen.
'Destijds vonden we het onterecht dat de scheepvaart niet meedeed aan het klimaatakkoord van Parijs en om dit aan te pakken, zijn we samen WPCAP gestart.' aldus Allard Castelein, CEO van het Havenbedrijf Rotterdam. 'Tegenwoordig staat klimaatverandering hoog op de agenda bij zowel de industrie als andere belanghebbenden en ik ben trots op de initiatieven die we de afgelopen jaren hebben geïmplementeerd. Ik geloof dat dit werk heeft bijgedragen aan het versnellen van de transitie in de scheepvaart.'
De bijeenkomst richtte zich met name op het werk dat is gedaan om de efficiëntie te verbeteren, de invoer van walstroom te ondersteunen en om de overgang naar schone scheepsbrandstoffen te versnellen. De leden bespraken ook het verduurzamen maken van apparatuur voor cargo handling equipment in de haven, waarbij met name apparatuur met brandstofcellen op waterstof werden gezien als een veelbelovende emissievrije technologie, omdat dit hoge prestaties kan leveren met relatief weinig extra infrastructuur.
Nog steeds groot potentieel voor efficiëntieverbeteringen
Efficiëntie wordt nog steeds gezien als laaghangend fruit voor verduurzaming van de scheepvaart, en de aanzienlijke vooruitgang die is geboekt bij het vaststellen van de benodigde normen en standaarden op dit gebied kon rekenen positieve reacties van zowel WPCAP-leden als de bredere scheepvaartgemeenschap.
De WPCAP-werkgroep concentreerde zich de afgelopen jaren op de belangrijkste efficiëntiemaatregelen die werden geïdentificeerd in een onderzoek onder bijna 600 branche-experts uit meer dan 100 landen. Leden werkten samen met de IMO om de CO2-impact van verschillende efficiëntiemaatregelen te berekenen en ontwikkelden een gids en normen voor havens om just-in-time aankomsten te implementeren en daarmee aanzienlijke brandstofbesparingen te realiseren. Daarnaast werkten de leden samen met de Internationale Organisatie voor Hydrografie (IHO) en andere instanties om een platform te ontwikkelen voor het delen van nautische gegevens tussen havens, het optimaliseren van de compatibiliteit van schepen en hun verschillende aanlegplaatsen en het verder verbeteren van de efficiëntie.
Ben van Scherpenzeel, voorzitter van de werkgroep Efficiëntie en directeur Nautische Ontwikkelingen van het Havenbedrijf Rotterdam, merkte op dat zowel de IMO als de reders de maatregelen verwelkomden omdat ze helpen om operaties efficiënter te plannen, brandstofkosten te besparen en emissies te verminderen. Hij concludeerde dat er nog veel potentieel is voor verdere efficiëntieverbeteringen door de nieuwe tools buiten het WPCAP-netwerk uit te rollen, in havens over de hele wereld.
Groeiende steun voor walstroom
Van alle besproken onderwerpen heeft walstroom de afgelopen vijf jaar misschien wel de grootste mentaliteitsverandering in de scheepvaart meegemaakt, mede dankzij het werk van verschillende WPCAP-leden.
Jarl Schoemaker, voorzitter van de walstroom werkgroep en senior adviseur Environmental Management bij het Havenbedrijf Rotterdam, merkte op dat hoewel walstroom al lang bestaat, de uitrol in het verleden werd belemmerd door hoge investeringskosten als gevolg van lage gebruikspercentage. Om een doorbraak in de aanpassing van walstroom te helpen creëren, inventariseerden WPCAP-leden de beschikbare technologie en wisselden best practices uit. Dit resulteerde in een overeenkomst over het gebruik van walstroom voor containerschepen en cruiseschepen in 2028. Ze hebben ook opdracht gegeven voor een gezamenlijk onderzoek, waaruit bleek dat ook met de opkomst van alternatieve brandstoffen uit hernieuwbare bronnen, walstroom waarschijnlijk de beste optie blijft om de uitstoot van grote schepen tijdens het aanmeren te verminderen.
Jarl merkte op dat walstroom door regelgevers en beleidsmakers steeds meer wordt erkend als een belangrijk instrument voor het verminderen van emissies en het verbeteren van de luchtkwaliteit, ook in de EU, wat leidt tot hogere acceptatiepercentages en lagere kosten. Dit biedt de mogelijkheid om met IAPH de samenwerking aan te gaan met IMO om de resterende uitdagingen aan te pakken en een geleidelijke wereldwijde uitrol van walstroom te stimuleren.
Port Readiness Levels voor schone scheepsbrandstoffen
De overgang naar duurzame scheepsbrandstoffen was een belangrijk onderwerp voor alle WPCAP-leden en zal naar verwachting de komende jaren de belangrijkste focus zijn van meerdere initiatieven, waaronder Green Corridor-projecten die door verschillende WPCAP-leden over de hele wereld zijn gelanceerd.
Belemmeringen voor een bredere acceptatie van duurzame brandstoffen zijn onder meer onzekerheden over de beschikbaarheid van brandstof en zorgen over de infrastructuur. Om dit aan te pakken, bundelde de WPCAP-ledengroep hun krachten met de IAPH Clean Marine Fuels-werkgroep om een beoordelings- en communicatietool te ontwikkelen om wereldwijde gesprekken over de beschikbaarheid van schone brandstoffen in havens op elkaar af te stemmen.
'Het is voor havens belangrijk om tegen reders te kunnen zeggen: 'we zullen op dat moment klaarstaan om deze brandstof aan te bieden, en dit is wat u van ons kunt verwachten' - en dat is precies wat deze tool doet,' zei Namrata Nadkarni, voorzitter van de werkgroep duurzame scheepsbrandstoffen. 'Met het Port Readiness Framework kunnen havens aan iedereen communiceren waar ze zich bevinden in de transitie - van de onderzoeksfase tot de ontwikkeling en uiteindelijk het bunkeren van nieuwe brandstoffen.'
De werkgroep richt zich nu op het verstrekken van aanvullende richtlijnen voor havens en een online tool voor een vrijwillige zelfbeoordeling van havens. Op de lange termijn ziet de werkgroep ook mogelijkheden voor certificering volgens de nieuwe standaarden, al moet er nog goed worden nagedacht over de exacte implementatie hiervan.
WPCAP-leden merkten op dat de nieuwe tool een uniek instrument is en het potentieel heeft om de overgang naar schone brandstoffen aanzienlijk te versnellen, te beginnen rond specifieke groene corridors.
Positieve bijdrage
Allard Castelein concludeerde dat WPCAP heeft bijgedragen aan het creëren van het momentum dat nodig is om de klimaatverandering in de scheepvaart aan te pakken. Hij nodigde alle leden uit om in mei 2023 in Rotterdam bijeen te komen om de toekomst van het WPCAP-programma te bespreken.
'We proberen sneller te gaan door samen te werken, best practices uit te wisselen met andere toonaangevende havens en een handreiking te doen naar anderen buiten ons netwerk. Als we blijven samenwerken en onze stem laten horen, hebben we de kans om een positieve bijdrage te leveren,' zei hij.
WPCAP is een samenwerking tussen de havens van Antwerpen-Brugge, Barcelona, Göteborg, Hamburg, HAROPA PORT (Le Havre – Rouen – Parijs), Long Beach, Los Angeles, New York/New Jersey, Rotterdam, Valencia, Vancouver en Yokohama.