Projecten haven Rotterdam belangrijk voor economie, klimaat en werk
Een reeks projecten in de Rotterdamse haven sluit nauw aan op de uitdagingen van de overheid op dit moment: werkgelegenheid, economische ontwikkeling en verduurzaming. De Rotterdamse projecten zorgen voor minstens 9.000 tot 15.000 structurele banen, een bijdrage aan het BBP van minstens € 7 miljard en minimaal 10 miljoen ton minder CO2 in de atmosfeer. Rebel, een financieel en strategisch adviesbureau, heeft de effecten van deze ‘Startmotor’-projecten gevalideerd.
Allard Castelein, CEO Havenbedrijf Rotterdam: 'We willen de haven verduurzamen en tegelijk zo snel mogelijk uit het economische dal komen. Dat kan door deze projecten met spoed te realiseren. De Startmotorprojecten jagen andere investeringen aan. Helpt de overheid ons hiermee, dan kunnen we sneller toewerken naar een duurzame, economisch vitale haven die banen en welvaart creëert. Naar mate we daarin voortvarender zijn dan anderen, trekken we meer investeringen van internationale bedrijven naar ons toe.'
De corona-pandemie stelt het Rijk voor de uitdaging de economische neergang tegen te gaan en de oplopende werkeloosheidscijfers terug te dringen. Tegelijkertijd is er de noodzaak de economie te verduurzamen, klimaatdoelstellingen te halen en te zorgen dat onze economie ook op lange termijn onze welvaart kan schragen. Het Havenbedrijf heeft onder de noemer ‘Startmotor’ een twaalftal projecten bij het Rijk aangedragen die hier concreet invulling aan geven.
Belangrijke projecten daarin zijn de ontwikkeling van een waterstofcluster in Rotterdam met onder andere de productie van blauwe en groene waterstof en een transportleiding voor waterstof die de locaties voor productie en gebruik met elkaar verbindt. Aansluitend daarop is een buisleidingbundel tussen Rotterdam, Chemelot (Geleen) en Noordrijn-Westfalen gepland voor transport van met name waterstof en CO2. Industrie in het achterland van Rotterdam kan daardoor verduurzamen en Rotterdam kan zijn positie als energiehub van Noordwest-Europa bestendigen. Een derde sleutelproject is Porthos, het CCS-project om CO2 van de industrie af te vangen en op te slaan onder de Noordzee. Met CCS kun je op korte termijn veel CO2 uit de atmosfeer houden tegen lage kosten. Met deze drie kan de Rotterdamse industrie vernieuwen en verduurzamen, kan de haven zijn positie als Noordwest-Europese draaischijf voor energie bestendigen en levert het industriecomplex een grote bijdrage aan de klimaatdoelstellingen.
Rebel heeft de economische impact van de twaalf Startmotor-projecten bestudeerd in een quick scan. De projecten geven op korte termijn een impuls aan de werkgelegenheid, vooral in de bouwsector, en zorgen structureel voor minstens 9.000 tot 15.000 extra banen. De verschillende projecten leiden tot een bijdrage aan het BBP van minimaal € 7 miljard. Wanneer de projecten volledig gerealiseerd zijn, is er meer hergebruik van grondstoffen, minder geluid en meer veiligheid, bijvoorbeeld door transport via buisleidingen. De Rotterdamse projecten kunnen samen ongeveer 25% van de totale nationale doelstelling voor CO2-reductie voor 2030 invullen.
Rebel identificeert een aantal projecten die het ‘platforminvesteringen’ noemt, zoals een centrale waterstofleiding in het havengebied. Zo’n eerste publiek-private investering leidt naar verwachting tot een reeks van vervolginvesteringen door bedrijven, omdat die zullen aansluiten op de leiding. Naast infrastructuur voor waterstof hebben vooral het CO2-transport en -opslagproject Porthos en projecten in de circulaire economie (chemische recycling, gebruik van CO2 als grondstof, afval omzetten in grondstof voor de chemie) zo’n aanjagende functie.
Een analyse gemaakt voor het Rotterdams Klimaat Akkoord (2019) liet zien dat overheidsinvesteringen van € 1 tot € 1,5 miljard tot 2030 in vooral energie-infrastructuur al voor 2025 € 4 tot € 5 miljard aan private investeringen genereren. Dat is een multiplier van ongeveer vier: voor elke euro die de overheid investeert, investeert het bedrijfsleven er vier.
Rebel constateert dat het Havenbedrijf met de Startmotorprojecten actief bijdraagt aan de belangrijkste nationale doelstellingen op het gebied van klimaat, waterstof, circulariteit en bereikbaarheid. Die staan in de nationale Groei-agenda, het Klimaatakkoord, de waterstofvisie, de circulaire agenda en de Havennota, die op hun beurt weer in lijn zijn met internationale doelstellingen zoals de EU Green Deal en het Parijs-akkoord. Ze zijn dus onderdeel van een internationale ontwikkeling gericht op ombouw en opbouw van een nieuw energie- en grondstoffensysteem.