Alcohol uit plantaardige producten: dat is kort gezegd bio-ethanol. Nederlandse oliemaatschappijen zijn sinds afgelopen oktober verplicht om zo’n tien procent bio-ethanol bij te mengen in de Euro95 benzine. Alco Energy Rotterdam produceert in de Rotterdamse haven bio-ethanol uit duizenden tonnen aan maïs. De resten van de mais worden gegeten door koeien en de vrijgekomen CO₂ van het productieproces gaat naar Westlandse kassen.
Midden in de Rotterdamse haven staat de grootste bioraffinaderij van Europa. Er werken ruim honderd mensen en de raffinaderij produceert jaarlijks 550 miljoen liter bio-ethanol uit maïs van veevoederkwaliteit. Ethanol is het resultaat van een vergistings- en distillatieproces van gewassen, waardoor er bijna pure alcohol ontstaat. “En dat kun je dan weer goed mengen met benzine, waardoor auto’s minder schadelijke stoffen uitstoten”, zegt Robine Koning, plant manager van Alco Energy Rotterdam. “Wie Euro95 tankt bij de benzinepomp, ziet daar E10 bijstaan. Dat slaat op de tien procent toegevoegde bio-ethanol.” De broeikasgasuitstoot van de Rotterdamse bio-ethanol is 95 procent lager dan van benzine.
Veevoer
Bij het verwerken van de maïs in Rotterdam ontstaat ook een product met een hoog proteïnegehalte, dat DDGS wordt genoemd. Het wordt geleverd aan diervoederproducenten die dan minder sojameel hoeven te gebruiken voor de brokken. “Uit onderzoek blijkt dat DDGS de methaanproductie van veeteelt vermindert”, aldus Koning. De koeien stoten dus – net als auto’s – minder schadelijke stoffen uit van het voer op basis van maïs.
Kassen
Bij het maken van bio-ethanol komt er CO₂ vrij. De Rotterdamse raffinaderij vervoert die via een ondergrondse pijpleiding naar de kassen in het Westland. “Deze zomer nemen we een tweede compressor in gebruik, zodat we nog meer CO₂ kunnen afvoeren naar de tuinders”, zegt Rob Vierhout, adviseur public affairs bij Alco Energy.
Restafval
Het bedrijf droomt ervan de meest duurzame, efficiënte en moderne bio-raffinaderij van Europa te worden. “Om die ambitie te bereiken, zijn we druk bezig de CO₂-uitstoot van het productieproces nog verder naar beneden te krijgen”, aldus Vierhout. “Daarvoor onderzoeken we de mogelijkheden om de CO₂-uitstoot door de inzet van aardgas te verminderen en andere grondstoffen dan maïs, bijvoorbeeld restafval, te gebruiken.”
Lossen en laden
De Rotterdamse haven is logistiek gezien de ideale plek voor Alco Energy. Maïs wordt gelost uit grote zeeschepen, die direct aan de kade van de fabriek kunnen aanleggen. De ethanol wordt vervolgens per trein of (binnenvaart)schip weer naar oliemaatschappijen in Noordwest-Europa gestuurd.
