Open watergangen
Onder “watergangen” verstaan we een gegraven waterhoudende doorgang zoals (zak)sloten, wadi’s.
Een doorgang die kan aangelegd zijn met natuurvriendelijke oevers, met stilstaand of zwak stromend water, al dan niet verbonden met omgevingswater. Een watergang is langer in lengte dan in breedte en hoeft niet permanent gevuld te zijn met water. In tegenstelling tot (zak)sloten, wadi’s en poelen zijn vijvers dieper en wordt aanwezigheid van vis getolereerd (in poelen is dat ongewenst, omdat vissen prederen op eitjes en larven van amfibieën en libellen). De verschillende typen openwatergangen bieden een breed spectrum aan leefomstandigheden voor zowel flora en fauna boven als onder water.
Van toepassing op de gebieden:
- Maasvlakte inclusief Slufter
- Europoort en Landtong Rozenburg
- Botlek en Vondelingenplaat
- Waal-Eemhaven/MH4/Dordrecht
Van toepassing op de clusters:
- Buitenruimte
- Bedrijfsterrein onbebouwd deel
- Watergangen
Uitwerking van de maatregel
Bij kleinschalig water heeft het de voorkeur, omwille van een optimale waterkwaliteit, om een stelsel van sloten te maken die met elkaar is verbonden door middel van duikers. In geval van dreigende droogval in de zomer is aanvoer van omgevingswater door middel van bemaling mogelijk. Bij aanvoer van omgevingswater is van belang dat dit geen slechtere kwaliteit heeft dan het lokale oppervlaktewater: er moet geen ‘vuil’ water verbonden worden met schoon water. Een waterpartij kun je op veel manieren aanleggen; een algemeen uitgangspunt is dat geen gebruik wordt gemaakt van harde oeverbeschoeiingen, maar van een natuurvriendelijk flauw talud met een ondiepe vooroever die ruimte biedt aan een gestructureerde oever- en watervegetatie. Het aanplanten van een rietkraag is een pre en biedt vestigingskansen voor een breed scala aan soorten.
Beheer en onderhoud
Het schonen van een deel van de waterbodem in de herfst is vaak nodig wanneer zich - als gevolg van bladval, het afsterven van waterplanten en de aanvoer van sediment- een laag organisch materiaal ophoopt waardoor anaerobe (zuurstofloze) omstandigheden kunnen ontstaan. In veel gevallen geef je hiermee invulling aan voorschriften van het lokale waterschap. Rietvegetaties dien je jaarlijks deels te maaien. Bij voorkeur gebruik je hiervoor een tijdelijke afrastering tegen ganzenvraat totdat de rietkraag enig volume heeft gekregen.
Nut voor biodiversiteit
Kleine waterpartijen zoals sloten met natuurvriendelijke oevers vormen een leefgebied voor een groot aantal soorten en geven een impuls aan de biodiversiteit op plaatsen waar zoet oppervlaktewater schaars is. Waterpartijen en watergangen dienen voor verschillende soorten als bron van voedsel en drinkwater, voortplantingswater, ontsnappingsmogelijkheid en verblijfplaats. Verschillende niveaus van de voedselketen kunnen hier uitgebreid gebruik maken van de verschillende diensten waarbij soorten elkaar kunnen versterken en de biodiversiteit bevorderen.
Ecosysteemdiensten1
Watergangen leveren verkoeling en vergroening op, zeker op plaatsen waar de omgeving vooral bestaat uit verhard terrein. Bovendien kunnen watergangen als buffer dienen voor wateroverlast.
1. Ecosysteemdiensten
De bijdrage die ecosystemen leveren aan voordelen voor de mens die bijdragen aan de economie of andere activiteiten. Voorbeelden hiervan zijn: de productie van zuurstof, het leveren van drinkwater maar ook het leveren van hout om weer producten van te maken