Natuurdak aanleggen
Het aanleggen van een natuurdak komt neer op het realiseren van een substraatlaag1 geschikt voor plantengroei en/of de vestiging van bepaalde diersoorten.
Er zijn drie mogelijkheden voor de aanleg van een natuurdak: een groen dak, een bruin dak en een waterdak, met ieder zijn eigen functie. Afhankelijk van de draagkracht van de dakconstructie kan een natuurdak bestaan uit een dunne mos-sedumlaag die op het bestaande dak wordt aangebracht, tot een nieuwbouwdak waarop een dikke bodemlaag met een waterretentielaag is aangebracht waarin zelfs bomen kunnen groeien (‘intensief groen dak’). Daktuinen zijn ook mogelijk, maar zijn primair voor mensen bedoeld – al kan hier ook een dubbelfunctie met biodiversiteit gemaakt worden uiteraard.
Van toepassing op de gebieden:
- Botlek en Vondelingenplaat
- Waal-Eemhaven/MH4/Dordrecht
- Europoort
- Maasvlakte
Van toepassing op:
- Gebouw (kantoor/loods)
Bruine daken hebben voornamelijk steen en zand als substraatlaag. De daken kunnen ook uit gerecycled puin bestaan met wat lage vegetatie toegevoegd. Voor waterdaken zijn twee opties mogelijk: een statisch en dynamisch waterdak.
- Je spreekt over een statisch waterdak wanneer de overstort hoger is geplaatst en regenwater gebufferd kan worden en vervolgens geleidelijk door een extra afgeknepen afvoer wegstromen.
- Een dynamisch waterdak is voorzien van een besturingssysteem welke op basis van neerslagvoorspellingen alvorens het water kan lozen. Waterdaken kunnen worden gecombineerd met groene/bruine daken.
Afhankelijk van de locatie kan het doel van het dak zijn om vestiging van grondbroedende vogels te faciliteren, zoals Scholekster, verschillende soorten meeuwen en Visdief. Het doel kan ook zijn om een geschikte leefomgeving voor insecten te bieden in combinatie met de voordelen van waterretentie2 en verkoeling die een dergelijk dak kan bieden.
Uitwerking van de maatregel
Faciliteren van grondbroedende vogels
Een broedlocatie voor “grondbroedende” vogels3 is alleen zinvol voor daken die niet of hooguit sporadisch door mensen worden betreden. Met name op plaatsen waar bestaande vogelkolonies (dreigen te) verdwijnen en of herstel wenselijk is, of op delen van bedrijventerreinen waar geen ruimte is voor broedende vogels vanwege eenvormige bitumen daken, kan een enkel grinddak de vestigingskansen sterk verhogen. Daken met een grindsubstraat (bruin dak) zijn favoriet bij Scholekster, Kokmeeuw, Kleine mantelmeeuw, Stormmeeuw, Zilvermeeuw en Visdief. Wanneer de draagkracht van het dak het toelaat, is het aanbrengen van een dekkende laag wit grof kiezelgrind een basis voor vestiging van genoemde vogelsoorten. Leg regelmatig voorzieningen verspreid over het dak neer waaronder jonge vogels kunnen schuilen tegen hitte en regen, bijvoorbeeld gresbuizen of doorgezaagde stukken betonbuis. Daken met een bitumen bedekking die geen draagkracht hebben, kun je vogelvriendelijk maken door plaatsing van kleinere bakken gevuld met grind op de plekken met een draagconstructie onder het dak.
Bij het aanleggen van natuurdaken die bedoeld zijn als broedgebied voor vogels, moet rekening gehouden worden met jonge vogels. Aanpassingen aan de randen van de daken zijn essentieel om te voorkomen dat jonge vogels van daken aflopen wanneer deze nog niet in staat zijn om te kunnen vliegen.
Insectenvriendelijk dak
Dit type dak is lichter in gewicht dan een grinddak (40-150kg/m2) en kun je op de meeste bestaande daken aanleggen. Matten met sedum zijn een veelgebruikte manier om snel een ‘groene’ substraatlaag op een dak aan te brengen. Alleen sedum biedt echter lang niet de structuurvariatie die van belang is voor biodiversiteit. Alternatieve plantensoorten moeten echter ook tegen droogte, UV-straling, wind en hitte kunnen. De soorten moeten ondiep wortelen en een lange levensduur hebben. Bepaalde vetplanten zoals Wit vetkruid, Muurpeper en Tripmadam hebben deze eigenschappen. Ten behoeve van meer variatie kun je ook andere soorten aanplanten of inzaaien. Bij voorkeur zijn dat gebiedseigen soorten als Slangenkruid, Wilde Tijm, soorten die erg aantrekkelijk zijn voor in het havengebied veel voorkomende soorten vlinders en bijen. Eenmaal voorzien van de juiste substraatlaag, kunnen wilde plantensoorten zich bovendien vanzelf vestigen. Het is van belang om dit aanbod aan nectarplanten te combineren met het aanbieden van verblijfplaatsen voor diverse soorten insecten in de vorm van liggend dood hout, zandhoopjes en enkele bijenhotels.
Beheer en onderhoud
Extensieve groene (sedum) daken behoeven nauwelijks tot geen onderhoud (grinddaken). Controleren van de beplanting en vervangen van eventueel langdurig afgestorven delen is een mogelijkheid.
Nut voor biodiversiteit
Groene daken kunnen een leefgebied vormen voor vele tientallen soorten insecten en spinnen en direct bijdragen aan een plaatselijke verhoging van de biodiversiteit.
Grinddaken in de regio huisvesten een groot deel van de lokale populatie Visdieven en Scholeksters. Het broedsucces van deze soorten is er veel hoger dan op de grond. Op de grond is er door predatie door roofdieren als Vos en Bruine rat en verstoring door mensen weinig perspectief om een nest met jongen groot te brengen. Het grind wordt overigens ook gewaardeerd omdat het lijkt op de natuurlijke nestplaatsen in kustgebieden. Op plaatsen waar ‘op de grond’ geen plaats meer is voor broedende vogels is het dak een waardevol alternatief.
Waterdaken kunnen dienen als drinkwater voor vogels en als voorplantingslocatie voor waterlaverende insecten. Insecten kunnen weer als voedselbron dienen voor verscheidene vogel- en vleermuissoorten. Er kan ook een kleinschalig ecosysteem met vissen worden gecreëerd op een waterdak wanneer waterplanten en/of een helofytenfilter geïncorporeerd is. Vissen dienen zowel als voedselbron voor vogels als voor planten door middel van hun excretie. Ook voeden zij zich met muggenlarven en algen.
Ecosysteemdiensten4
Grinddaken met licht gekleurd grind worden warmer dan groene daken. Wit grind kan zonlicht en warmte weerkaatsen waardoor het aan de binnenzijde van een gebouw koeler blijft.
- Een groen dak warmt per definitie minder sterk op dan een zwart bitumen dak of grinddak en draagt daarmee bij aan een koeler klimaat aan de binnen- en buitenzijde van het gebouw.
- Groene daken dragen bij aan een beter klimaat op groenarme bedrijventerreinen tijdens warme zomers met stortbuien. Dit komt doordat de daken bij regenval als een spons water absorberen en dit trager afvoeren.
- Door hun waterbufferende werking kunnen groene daken positief bijdragen aan het voorkomen van wateroverlast in gebieden. Een groen dak kan als goede basis dienen voor zonnepanelen, waarbij de panelen zorgen voor een gevarieerd groeimilieu (zon/schaduw, vochtig/droog) voor diverse plantensoorten.
- Een dynamisch waterdak kan grijswater (bijvoorbeeld keukenwater) zuiveren en dit geschikt maken voor hergebruik voor bijvoorbeeld toiletten, natuurgebieden etc.
- Natuurdaken kunnen een bijdrage leveren aan de verrijking van het industriële landschap en zelfs recreatieve mogelijkheden bieden voor werknemers wanneer zij toegang hebben tot deze natuurlijke daken.
1. Substraatlaag
Dit is een voedingsbodem.
2. Waterretentie
Het opslaan van water.
3. Grondbroedende” vogels
Dit is de term voor alle vogels die niet in gebouwen of in bomen of struiken broeden
4. Ecosysteemdiensten
De bijdrage die ecosystemen leveren aan voordelen voor de mens die bijdragen aan de economie of andere activiteiten. Voorbeelden hiervan zijn: de productie van zuurstof, het leveren van drinkwater maar ook het leveren van hout om weer producten van te maken