Hoe maak je een werkstuk? Hieronder hebben we een paar tips voor je om je op weg te helpen.
Voorbereiding
- Kies een onderwerp.
- Bedenk een onderzoeksvraag of probleemstelling.
- Waar wil je meer over weten en op welke vraag wil je een antwoord vinden?
- Maak een werkplan.
- Hoe ga je aan informatie komen?
- Hoe ga je de informatie verwerken?
- Maak een planning. Bedenk goed hoe lang je over sommige dingen zult doen en begin op tijd.
- Wanneer moet het af zijn? Heb je overlegmomenten?
Uitvoering
- Informatie verzamelen.
- Je kunt inhoudelijke informatie vinden op internet, in de bibliotheek, in kranten en tijdschriften. Je kunt ook mensen interviewen.
- Zoek ook beeldmateriaal. Je werkstuk of spreekbeurt moet natuurlijk ook leuk en spannend zijn om naar te kijken.
- Let erop dat beeldmateriaal wel goed past bij de teksten, anders kun je het beter weglaten.
- Baken je onderwerp af. Behandel niet te veel, zodat je het onderwerp overzichtelijk kunt houden.
- Orden je informatie en bedenk een (voorlopige) hoofdstukindeling.
- Bewerk de informatie. Lees alles goed door en probeer te snappen wat alles betekent. Maak aantekeningen en haal de informatie eruit die je ook echt denkt te kunnen gebruiken.
- Geef een antwoord op de deelvragen en de onderzoeksvraag. Als dit nog niet lukt, moet je extra informatie verzamelen.
- Als je denkt dat je genoeg informatie hebt en antwoorden op de vragen kunt geven begin je met schrijven.
- Schrijf nooit zinnen over, maar gebruik je eigen woorden.
- Gebruik alleen woorden die je zelf begrijpt.
- Verdeel de tekst in hoofdstukken. Verzin duidelijke kopjes.
- Bedenk tijdens het schrijven waar je afbeeldingen wilt gebruiken. Verzin goede bijschriften.
- Trek je eigen conclusies en geef je eigen mening. Leg uit waarom jij tot bepaalde conclusies bent gekomen.
Afronding
- Maak een voorpagina voor je werkstuk of presentatie.
- Denk er aan dat daar de titel, je naam en de inleverdatum op staan.
- Nummer de pagina’s van je werkstuk.
- Maak een inhoudsopgave.
- Zorg er voor dat het geheel er netjes uit ziet.
- Lees alles nog een keer door en kijk of er geen typ- of spelfouten meer inzitten en of je tevreden bent met je werkstuk of presentatie.